In verband met "verspilling" wordt vaak het artikel Sustainability of meat-based and plant-based diets and the environment van David en Marcia Pelletier (American journal of clinical nutrition, 2003, 78, 660-663) aangehaald waarin zij de benodigde inputs (land, water, fossiele energie) van twee diëten vergelijken.

Het verschil in beslag op land tussen een vleeseter (nl. 0,5 ha) en een vegetarier (nl. 0,4 ha) bestaat, maar is niet sensationeel groot.
Het verschil in fossiele energie gebruik ligt schimmiger. Ze rekenen het niet precies uit, waarschijnlijk omdat ze dan in hadden moeten gaan op allerlei details (zoals lengte aanvoerlijnen, aantal bewerkingen, bewaarbaarheid) waarin de producten die in de twee dieten worden geconsumeerd ‒ zoals vis, noten, groenten, fruit ‒ sterk kunnen verschillen. Om die schimmigheid te compenseren komen ze op dit punt dan wel met de heel vaak aangehaalde algemene uitsmijter dat de energy input om één calorie vlees-eiwit te produceren 11 keer hoger ligt dan om één calorie graan-eiwit te produceren. Dit getal duikt dan in allerlei andere publicaties op in de algemenere vorm van “vlees-eiwit gebruikt 10 keer zo veel energie als plant-eiwit”. Klinkt leuk maar klopt het?

In de eerste plaats is de sprong van graan naar plant linke soep. Groenteteelt en fruitteelt zijn bijvoorbeeld al veel energie-intensiever dan graanteelt. In de tweede plaats rekenen de Pelletiers (zie hun table 2) het energie-verbruik van vee uit op basis van kistkalf-condities d.w.z. ze staan opgestald en je brengt alles klaargemaakt naar ze toe. Als voer gaan ze ook nog eens uit van een droog dieet (graan + ruwvoer) met een overdreven hoeveelheid graan op weinig ruwvoer. Op deze manier is dus het hele autonoom functioneren van vee uitgeschakeld en zijn ze volledig ingebouwd in energievretende regelsystemen. Tja, dan kom je wel aan een leuk energie-verbruik. Maar dit is natuurlijk nog niet de praktijk. Koeien en schapen kunnen nog steeds het gras zelf opzoeken, plukken, en langzaam verteren, en meestal buten leven. Als je de vlees- en melkproductie voornamenlijk in het groeiseizoen doet op puur gras is de ratio (energy input/protein output) veel en veel lager. Waarom een lam vetmesten op graan als hij zomers in vier maanden tijd drinkend bij zijn moeder en grasetend tot 50 kilo zwaar kan worden? Ook het jaardoor koeien melken op wintervoer zonder weidegang is wereldwijd gezien zeldzaam.
In de derde plaats leidt deze uitsmijter de aandacht af van het feit dat zulke grote energie-input verschillen waarschijnlijk in dezelfde mate voorkomen tussen de plantaardige voedingstoffen die in een gemiddeld vegetarisch dieet op tafel komen. Door bewerkingen zoals:

  • het opwerken van de calorie-dichtheid van een voedingsmiddel (bijv. van druif naar wijn, van olijf naar olie, van graan naar vlok);
  • het extraheren van substoffen (voedingssupplementen);
  • het opwerken van bewaarbaarheid (via inblikken, koelen, luchtdicht verpakken, fermenteren) en transporteerbaarheid;
  • het aanvoeren van elders per schip, vliegtuig, vrachtwagen;

kan de energie-input van een plantaardig voedingsmiddel ook zo maar naar het tien- tot twintig-voudige van dat van graan stijgen. En aan de inhoud van natuurvoedingswinkels te boordelen hebben vegetarisch etende mensen een zeker zwak voor uitheemse etenswaren, flink bewerkt voedsel, drink-mengsels, en supplementen (vit. A, D, C, B12).

Dan de gigantische waterverspilling die met vleesproductie gepaard zou gaan. Wat daarmee bedoeld wordt, is mij een raadsel. De Pelletiers concluderen op dit punt dat voor één kg vlees-eiwit 100 keer meer water nodig is dan voor één kg graan-eiwit. Die inschatting berust volledig op de aanname dat vee het hele jaar gevoed worden met hun graanrijke droge winter-dieet (zie hierboven). Echter, acht maanden per jaar kan vee buiten lopen. Een grazende koe eet dan dagelijks 100 kg gras. Daar zit 91 kg water in. Wat doet ze daarmee? Ze pist, poept, zweet, en ademt het uit, plus geeft melk, en bouwt nog wat vlees op. Waar is de verspilling? Al dat water blijft bestaan. Zij geeft het door.
Ja goed, als je constant speciale voedergewassen (mais, soja, graan) moet irrigeren met moeizaam gewonnen water, en je voert ze alleen maar daarmee, ja dan kun je van verspilling spreken. Maar zo’n bedrijfsvoering is in de praktijk toch veel te schaars om daar een algemeen beeld aan op te hangen?